Suriname is een voorbeeld van harmonieuze multiculturele samenleving. Het land is ruim viermaal zo groot als Nederland en nog steeds dunbevolkt. Suriname heeft een bevolking van bijna 600.000 zielen afkomstig uit verschillende werelddelen. Suriname is eigenlijk een creatie van de Nederlandse imperiale politiek. De Inheemsen (vroeger Indianen genoemd) vormen met 20.000 zielen slechts een klein deel van de bevolking en zijn de oorspronkelijke bewoners.
Nadat de Nederland na de verovering in 1667 de kolonie Suriname in bezit kreeg, werd de plantage economie voortgezet. Tropische producten zoals suiker, koffie en cacao
werden geproduceerd door ingevoerde Afrikaanse tot slaafgemaakten. De wrede slavernij werd in 1863 afgeschaft en Suriname had toen een bevolking van 60.000 zielen; grotendeels Creolen, die tegenwoordig Afro-Surinamers worden genoemd.
Om de plantage-economie te redden en de bevolking te vermeerderen werden zogeheten contractarbeiders ingevoerd. Vanaf 1853 waren dat 2.500 Chinezen, vanaf 1873 kwamen er 34.304 Indiërs (in Suriname Hindostanen genoemd) en vanaf 1890 bijna 33.000 zogeheten Javanen (uit Indonesië). Suriname. Tot de Tweede Wereldoorlog leefden de verschillende bevolkingsgroepen vredig naast elkaar. Daarna ontstond veel meer onderling contact maar ook economische concurrentie en politieke rivaliteit. Gelukkig hebben de leiders
van de twee grootste bevolkingsgroepen, de Hindostanen en Creolen een zogeheten verbroederingspolitiek gevoerd gericht op politieke samenwerking, etnische harmonie en behoud van eigen cultuur. Deze verbroederingspolitiek had succes, maar begin jaren zeventig ontstond toch etnische polarisatie. De Hindostaanse groep dreigde door de grotere bevolkingsgroei de andere groepen te overvleugelen. De Creoolse groep veroverde de politieke macht en riep de onafhankelijkheid uit mede aangezet door Nederland. Deze overhaaste onafhankelijkheid mondde in een massale emigratie van Hindostanen, maar ook andere bevolkingsgroepen naar Nederland. Daardoor werd de angel uit de etnische spanningen gehaald (de ventielfunctie van emigratie bij spanningen). Vijf jaar na de onafhankelijkheid van 1975 vond een staatsgreep plaats. Naast de verschillende negatieve ontwikkelingen die Suriname doormaakte onder de voormalige legerleider Desi Bouterse was een positief aspect het herstel van de etnische harmonie.
Prof. dr. Chandersen E.S. (Chan) Choenni, geboren in 1953 te Paramaribo, Suriname, is een vooraanstaand sociaal wetenschapper en historicus. Hij studeerde politicologie en
wetenschapsfilosofie aan de Universiteit van Amsterdam en promoveerde in 1995 in de sociale wetenschappen. Van 2010 tot 2016 bekleedde hij de Lalla Rookh-leerstoel als bijzonder hoogleraar Hindostaanse migratie aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Choenni heeft uitgebreid onderzoek verricht naar de geschiedenis van bevolkingsgroepen in Suriname. Zijn publicaties omvatten onder andere “Hindostaanse contractarbeiders
1873-1920 – Van India naar de plantages in Suriname” en “Geschiedenis van Afro-Surinamers 1863-1963”.
Beide colleges vinden plaats in de Catharinakapel, het oude universiteitsgebouw van de Academie,
Klooster 1 in Harderwijk.
Aanvang 20.00 uur,
inloop vanaf 19.30 uur.
Toegang gratis. Een vrijwillige bijdrage wordt zeer op prijs besteld.
Reserveren kan via reserveren@gelderseacademie.nl